Klik op de foto’s om ze te vergroten
Verhaal van Nico Zethof
Snijtandje uit Navajun
In 2017 en 2019 zijn wij in de zomervakantie vanaf ons Zuid-Franse vakantieadres afgereisd naar de Rioja in Noord-Spanje voor een werkbezoek aan de Mina Ampliación a Victoria in Navajun. Wij konden bijna overal in de groeve losse pyrietkubussen en samengestelde kubussen oprapen, die ons in de felle zon tegemoet fonkelden. Het alternatief was om ergens op een plateau te gaan hakken en graven om kubussen los of in de matrix te bevrijden.
De pyrietgordel over het midden van Spanje, waar Navajun het beroemdste voorbeeld van is, is ontstaan in de mergellagen van de Krijttijd. In deze matrix zat veel ijzer en zwavel, die door een kiempje van sulfiet/sulfaat (= resten van organisch materiaal) werd getriggerd om te gaan kristalliseren. De zachte mergel maakt het lastig om mooie kubussen in de matrix uit te hakken met behoud van die matrix. Wordt de matrix nat, dan valt de mergel snel uit elkaar en kun je kubusjes rapen.
In totaal hebben wij tijdens onze twee bezoeken aan Navajun zo’n 500 kilo materiaal meegenomen. Een kleine selectie (samengestelde) kubussen hebben wij apart gelegd voor de eigen verzameling en de rest is verkoopvoorraad voor Ammonico. De losse pyrietkubussen heb ik stuk voor stuk een paar keer door mijn handen laten gaan: vinden; uitpakken; wassen; soms een zuurbehandeling tegen de oxidatie (roestvorming); beprijzing etc. Daarbij heb ik na ons tweede bezoek vier zeldzame kristalvormen aangetroffen: twee kubussen met afgevlakte hoeken; één tussenvorm tussen kubus en pentadodekaëder; en één pentadodekaëder. Deze zijn zeer gangbaar in Ambas Aquas, dertig kilometer verderop, maar extreem zeldzaam in Navajun. Omdat wij de tweede keer niet in Ambas Aquas zijn geweest, kunnen de vondsten niet door elkaar zijn gekomen.
Mijn meest bijzondere vondst uit Navajun is echter een minuscuul snijtandje. Dit tandje vond ik een paar centimeter diep in de matrix bij het bewerken van een stuk mergel met mooie pyrietkristallen. De vindplaats maakt voor mij duidelijk dat het tandje afkomstig moet zijn uit de Krijttijd, waarin de mergel is gevormd. Het tandje is 5 mm lang, 1,5 mm breed en nog geen mm dik. Ik heb nog geen literatuur gevonden waarin dit soort vondsten wordt beschreven. Het tandje lijkt nog het meest op een knaagdiertandje. Suggesties voor determinatie zijn van harte welkom.